Inmiddels is het donderdag en de oplettende lezer zal het zijn opgevallen dat we hier nog steeds zijn 🙂 Dit stond niet in de planning, maar helaas is de inverter (een apparaat dat de energie uit de batterijen/accu’s doorgeeft naar de 110v stopcontacten in de camper) kapot gegaan en moeten we wachten op een nieuwe. Het is geen straf om nog even in dit mooie gebied te blijven en er is hier een postkantoor om de hoek, dus één en één is twee. Het is ontzettend handig dat we via Amazon bijna alles binnen 2 dagen op plaats van bestemming kunnen krijgen, zelfs als je midden in de woestijn zit!
Wat is er gebeurd? Laten we zeggen: waar geklust wordt, vallen spaanders óf in dit geval beter gezegd: vliegen de vonken je om de oren 🙂 Thom was bezig om de twee extra batterijen (we hebben nu vier accu’s) aan te sluiten. Dat ging allemaal vrij soepel, tot hij een ietwat te gecompliceerd en niet kloppend ezelsbruggetje had bedacht. Deze ging als volgt: ‘De rode draad sluit je aan waar de spanning zit en omdat elektronen negatief geladen zijn, is dat dus de min.’ Nou ben ik geen held met elektriciteit, dus geen oordeel van mijn kant! Hij had alles aangesloten en moest alleen de laatste verbinding maken bij de twee nieuwe accu’s, toen de vonken ‘m om de oren vlogen! Hij dacht: ‘Kom, even doorzetten, het vonkt wel vaker’, tot hij een aantal kliks hoorde in de inverter (waar de energie uit de batterijen naar toe gaat). Toen begon er een lichtje te branden :-). Het bijbehorende controlepaneel gaf geen sjoege meer en na wat geblader in het boekje van de inverter, kwam hij wel heel vaak de waarschuwing tegen om toch vooral de min en plus niet om te draaien, omdat dat fatale gevolgen heeft voor het apparaat. Het telefoontje met de producent gaf het verlossende woord: de inverter was zo dood als een pier en een ‘lost cause’. Hup $1000 down the drain!! Aaii dat doet even pijn en het duurde even voordat we ons daar overheen hadden gezet. Geluk bij een ongeluk: na wat rekenwerk bleek de inverter die we hadden een veel te grote capaciteit te hebben; je kunt er een hele batterij aan elektrische apparaten op aansluiten. We hebben met een ruime schatting maar de helft nodig en dus kost een nieuwe ook maar de helft van de prijs. Dat is dan een kleine pleister op de wonde 🙂
Tot zover de klusperikelen! Wist je dat hier de warmste temperatuur ooit 57 graden Celsius is? Officieel gemeten in 1913. Op dit moment is het aangenaam warm en koelt het ‘s nachts flink af, maar in de zomer wordt het hier zo onbehagelijk warm, dat het wordt aangeraden Death Valley over te slaan. Temperaturen gaan dan richting de 50 graden en komen ‘s nachts niet onder de 38!
We hebben ons een beetje verdiept in de geschiedenis van deze regio en het is interessant om te lezen hoe ontdekkingsreizers in de loop van de 19e eeuw dit gebied ontdekten en heel wat ontberingen moesten doorstaan op hun reis. Veel kwamen door dit gebied om hun geluk te zoeken in California waar goud was gevonden. Niet voor niets heet deze vallei Death Valley: heel wat mensen hebben hier door gebrek aan water en de warmte het loodje gelegd. Soms moesten ze wagens achter laten, doordat ze kapot gingen of de weg ongeschikt was om er verder mee door te rijden. Eén van de reizigers schijft in zijn dagboek, dat hij heel veel waardevolle spullen gewoon achter moest laten in het kamp en alleen het meest essentiële mee kon nemen. Het verhaal van de dames (er waren maar enkele die de reis ondernamen) die in hun beste en meest onpraktische jurken en hoeden op het paard zaten, omdat ze de rest achter moesten laten, vond ik zelf wel heel erg tot de verbeelding spreken.
Vanmorgen hebben we een prachtig stuk gefietst en heeft Thom zich gewaagd aan een paar mooie klimmetjes langs de trail. Je mag hier op heel veel plekken te voet van de jeep trails (ongeasfalteerde wegen) af, daar zijn ze niet streng in, maar niet met de fiets. Als het druk is met wandelaars dan snappen we dat wel, maar als er geen kip te bekennen is, dan is het wel lastig om niet even wat te verkennen :-). Het is bijzonder om te zien hoe de omgeving zo kaal is en tegelijkertijd zo kleurrijk; zoveel mooie tinten, witte, rode, crèmekleurige en bijna zwarte bergen die in elkaar overlopen.
De rest van de dag zijn we hier op de campground gebleven. Ik ben bezig met het schilderen van het houtwerk, geen super inspirerende klus, maar het eindresultaat is wel heel dankbaar! Ik doe elke keer een overzichtelijk stuk en zo komt ik er uiteindelijk wel: weg met al die houtkleur! Tussendoor even een duik in het zwembad was lekker verfrissend. Op een bordje bij het zwembad stond dat het gevuld wordt uit een ondergrondse bron (je rook ook helemaal geen chloor) en dat het water uit het zwembad weer gebruikt wordt om de golfbaan water te geven. Ook al is er blijkbaar genoeg water voor, het blijft een beetje raar: een groot zwembad en golfbaan midden in de woestijn.
Het zit kennelijk in de familie deze dagen….. Ik zag vandaan een lantarenpaal van minstens zes meter hoog over het hoofd….. ( hoe is het mogelijk zou je denken
Ai!! Dat is ook even slikken…Hopelijk viel de schade mee!
Het zit kennelijk in de familie deze dagen….. Ik zag vandaan een lantarenpaal van minstens zes meter hoog over het hoofd….. ( hoe is het mogelijk zou je denken
Een Marten Toonderiaanse uitspraak…………………….