Arme Thom, hij heeft last van kiespijn! Gisteren ook al en hij hoopte dat het weer weg zou trekken en hij zijn tanden de afgelopen dagen misschien wat te veel op elkaar had geknepen (toch spannend voor het eerst zelf op zo’n boot varen), maar helaas houdt de pijn aan en lijkt het een kroon te zijn die wat los is gekomen. Sowieso balen voor hem (blèh tandarts op je vakantie), maar ook irritant dat we nu terug moeten naar St Thomas en vannacht weer in de haven liggen.
We bellen even met Jim en gelukkig is er plek. Omdat het niet een heel leuke plek is om te liggen, blijven we in Great Harbor liggen tot een uur of half twee. Het is een leuk stuk zeilen, we hebben de wind redelijk in de rug en het waait lekker. Het grootzeil heeft een rif als we vertrekken, maar als we bijna bij een doorgang zijn tussen twee eilanden in (voldoende breed om er tussendoor te zeilen), komt een andere boot ons tegemoet met een flink rif in zijn groot zeil en ook het fok maar gedeeltelijk uitgerond. Hij vaart scherp aan de wind en gaat behoorlijk schuin. Thom twijfelt even of we niet ook een tweede rif er in moeten zetten, maar de wind is nog niet te hard (we hebben een tabel in de boot waarop je kan zien, wat bij welke windsnelheid wordt aangeraden) en bovendien komen we een beetje in de luwte van een eiland en zal de wind eerder afnemen dan toenemen. Je voelt ‘m al aankomen, maar wat later dan verwacht (we zijn inmiddels tussen de eilanden door en besluiten buitenom een volgende eilandengroep terug naar de haven te varen, zodat we de zeilen niet al vroeg hoeven te laten zakken). De wind trekt toch aan, dit is op zich nog te overzien, maar als er plotseling ook enorme golven uit het niks op ons af rollen, schrik ik eigenlijk best wel! Mijn hemel wat een hoge golven, deze had ik niet besteld! Ook Thom wordt verrast en heel even zijn we een beetje ‘stunned’, tot ik roep: ‘ik wil omdraaien! Nu!’ Thom vraagt nog even of we het niet nog even een paar minuten zullen aanzien, maar ik wil wil niet meer en dus neemt hij het heft in handen, we loeven op en gaan overstag. Pfff die golven in de rug voelt een stuk beter dan recht tegenover je.
Helaas moeten we nu de zeilen laten zakken, want het alternatief op deze joekels van golven is een smalle doorgang tussen twee eilanden met ondieptes aan beide kanten. Geen probleem op de motor maar zeilend geen optie. Thom laat even weten dat we over een kwartier in de haven zijn en we motoren het laatste stuk. Ook hier zijn de golven nog flink en de boot surft zelfs af en toe! Vlak voor de haven wordt het een stuk kalmer, maar nog steeds hebben we een flinke wind van rechts. Het kanaal is smal en om niet te veel te verwaaien moet ik de rode boeien goed rechts houden (hier is het ‘red right returning’, in tegenstelling tot Europa waar je ‘groen rechts aan stuurboord’ houdt). Iets verderop lijkt het wel of er een boot in het vaargeultje ligt, hij blijkt er net buiten te liggen maar zijn bijbootje niet, dus ik moet nog toch iets meer links aanhouden terwijl de wind me ook al naar links duwt. Op dat moment komen Jim en Walter ons tegemoet gevaren en roept Jim naar me dat ik nog een stukje verder moet varen, voordat hij aan boord stapt om ons aan de steiger te leggen. Ik weet niet precies wat er nou gebeurde, maar waarschijnlijk doordat ik voor hen al gas had terug genomen, heb ik minder controle op het stuur (gaat te langzaam) en komt de groene paal wel héél dichtbij! Ik probeer bij te sturen op de motor, maar waarschijnlijk hou ik mijn been niet goed tegen het stuur om het tegen te houden als ik de motor in zijn achteruit zet (heb daar al een blauwe plek) en verlies ik even controle over de boot: hij doet niet meer wat ik wil dat hij doet! Ik slinger even flink en gelukkig corrigeer ik goed en staat Jim twee seconden later naast me en neemt het over. Mijn hart zit in mijn keel! Jim zegt: ‘What happend there!’ en ik zeg: ‘I’m nog sure!’ en op dat moment zie ik dat het stuur helemaal is rond gedraaid. Gelukkig niks aan de hand, maar na de schrik van de hoge golven, is mijn adrenaline level sky high! Ik zeg tegen Jim als ik het stuur zie, dat ik vermoed dat ik er niet goed tegenaan stond en hij beaamt het door de stand. Hij zegt dat het ook onhandig is dat er geen ‘slot’ op zit waardoor je ‘m even vast kunt zetten. Lief van hem om me niet de wind van voren te geven 🙂
Ik moet zeggen dat ik er nog best wel goed op reageer achteraf. Ik weet niet waarom, maar ik heb er een hekel aan om fouten te maken waar anderen bij zijn en normaal zou ik hier wel van zijn gaan huilen. Ik heb ooit (al weer jaren geleden) met mountainbiken gezegd dat ik wat meer een olifantenhuid wil kweken en niet meteen wil gaan huilen als ik val, dat is gelukt en doe ik dus ook niet meer en misschien heb ik daar nu ook profijt van! Maar wat ook meespeelt, is wat anderen van mijn denken (in dit geval: die kan er helemaal niks van!), gelukkig hoe ouder ik word, hoe minder ik ook daar last van heb. Ik las ooit een quote: ‘it is non of my business what others think of me’, die is me wel bijgebleven! Nou genoeg actie voor vandaag, dit postje gaat zo online en ik ga even lekker chillen met een serietje. Thom kan morgen om half tien terecht bij de tandarts, hopelijk is het probleem makkelijk te fixen en liggen we snel weer in een pittoreske baaitje! Duim maar even mee 🙂 PS. Gelukkig heeft deze episode zijn kiespijn niet erger gemaakt en is het dus zeker weten geen tandengeknars haha (lacht zij als een boer met kiespijn)!
Weer een mooi avontuur. Zeilen en wonen op een catamaran. Ik ben nooit verder gekomen dan een blauwe maandag op een hobbycat.
Zo te lezen krijgen(hebben) jullie de techniek al aardig onder de knie die paar zeildagen in aanmerking nemend.