23 november: We zijn weer onderweg. Het weer duwt ons naar één van de meest zuidelijkste delen van de South-West, de stad Tucson. Hier is het overdag nog een aangename 21 graden, maar ook dat gaat niet lang meer duren. We nemen het er nog even van, want over een paar dagen gaat zelfs hier de temperatuur nog verder omlaag. Ik denk niet dat we ooit een trip hebben gehad waarbij het zo koud was.

Het is niet heel ver rijden, maar iets van 2,5 uur en als we er bijna zijn, stelt Thom voor om even bij een Outlet centrum te stoppen en een Starbucks koffietje en wat lekkers te halen. Zo’n terrein oprijden, terwijl we de camper trekken, is altijd een beetje een risicootje (al kun je op Google maps aardig zien of je bijvoorbeeld ergens ook weer makkelijk uit kunt rijden) en als we hier de parkeerplaats oprijden, realiseren we ons dat het zaterdag is en dus hartstikke druk! We rijden om het complex heen, in de veronderstelling dat dit niks gaat worden, als we een rij parkeerplaatsen voor bussen zien! Jackpot! Daar kunnen we makkelijk staan.

Als we een rondje langs de winkels lopen, stuitten we op een Vans winkel. Van dat merk had Thom vorig jaar in Nederland super leuke gympen gekocht en dus lopen we er even naar binnen…Het blijkt een gympen walhalla!! Lange wanden vol dozen met de meest uiteenlopende designs voor prijzen, waar je in Nederland nog geen halve gymp voor kunt kopen! Na een uitgebreide pas sessie lopen we naar buiten met 7 paar gympen! Zes paar voor Thom en 1 paar voor mij. Ik denk niet dat Thom ooit zoveel paar schoenen tegelijkertijd heeft gehad haha! En voor gemiddeld 40 euro per paar, daar kun je nog een keer gek voor doen zou mijn vader zeggen :-D.

Met fingers crossed rijden we door naar de camping. Het is tenslotte zaterdag, de dag die we eigenlijk altijd proberen te vermijden als we switchen van plek. Maar als we de camping oprijden, blijkt deze vrij groot en is er gelukkig genoeg keuze. We vinden een prachtige plek met een wijds uitzicht over een prachtig woestijnlandschap vol met grote cactussen.

24 november: We staan heel rustig op. Ik doe mijn half uur sport (Ik zweer bij Jillian Michaels), terwijl Thom nog ligt te tukken. Daarna een paar uurtjes werken, want deze week loopt er een aanbieding op mijn website dus daar moet ik wat tijd in steken. We moeten eigenlijk wat boodschappen doen, maar hebben allebei geen zin, dus blijven lekker op de camping. Rond half vier besluiten we nog een stukje te gaan fietsen. Er liggen trails direct rondom de camping en ik vind het wel leuk om tussen deze grote cactussen in te gaan fietsen. We zijn nog geen 2 minuten op de trail als ik achter me een gevloek en een kreet van pijn hoor! Wat blijkt, Thom zat even om zich heen te kijken en rijdt met z’n hand tegen een cactusstruik aan. Hij heeft drie grote cactusbollen in zijn hand! AUW!! Eigenlijk wil ik er een foto van maken, het ziet er heel indrukwekkend uit, maar Thom wil ze zo snel mogelijk uit zijn hand, want het doet ontzettend pijn. Die stekels hebben bijna altijd een soort weerhaakjes en hij moet echt trekken om ze er uit te krijgen. Gelukkig valt de schade mee en heeft hij in z’n EHBO kit (heeft hij altijd bij zich) een pincet voor de enkele stekel die achter blijft. Je kunt je voorstellen dat we nu wel iets behoudender rijden en ik moet zeggen, hier zijn de cactussen op Curaçao niks bij. Ze staan overal, in allerlei soort en maten, langs de trail, het maakt het fietsen iets uitdagender! Via mijn handschoen, blijkt er ook nog een klein stekeltje in mijn lip te belanden, dus 10 minuten later moeten we weer de pincet tevoorschijn halen. Aan het eind van de trip, krijg ik ook nog een stekel in mijn hand en ja, het doet uitzonderlijk veel pijn! Ik snap wat beter waarom Thom niet op mijn foto wilde wachten haha! Het is fietsen hier met ‘gevaar voor eigen leven’!